donderdag 25 april 2013

SAMEN

Zoals velen inmiddels weten houdt de Muziekbibliotheek van de Omroep (MCO-MB) per 1 augustus op te bestaan en zijn de 11 medewerkers baanloos. Om de collectie goed onder te brengen is geld en draagvlak nodig. Waar het management politieke paden bewandelt om dit te vinden, proberen de bibliotheekmedewerkers de maatschappelijke relevantie van de collectie aan te tonen.

Op zoek naar unieke bladmuziek haalde een collega recentelijk de partituur van een bijzondere compositie uit de kelder. Het betrof Zo nationaal, een lied geschreven door Pi Scheffer met een tekst van Jan de Cler. Op 30 april 1955 zongen vier presentatoren van showprogramma’s van ‘concurrerende’ omroepen om de beurt een couplet, waarna een refrein volgt dat hun samenwerking bejubelt (‘Zo’n grote eenheid vind je zelfs nog in Den Haag niet’). Het klonk in Sam Sam, een gelegenheidsprogramma van de gezamenlijke omroepverenigingen voor Koninginnedag, met ongetwijfeld de herdenking van 10 jaar bevrijding in 1955 een paar dagen later in het achterhoofd.

Dat ‘samen’ is 58 jaar later opnieuw het thema bij het meezingconcert van de inhuldiging van Koning Willem-Alexander. Daar zal – opnieuw op 30 april, opnieuw begeleid door het Metropole Orkest en ondanks de discussie erover – het Koningslied uit vele instrumenten en nog meer kelen klinken.

Het thema indachtig vroegen en kregen we toestemming van componist John Ewbank en arrangeur Tom Bakker om bladmuziek in diverse bewerkingen beschikbaar te stellen, zodat zoveel mogelijk musici, zangers, koren, harmonie- en fanfareorkesten het kunnen spelen (zie: www.speelhetkoningslied.nl).

Ook de studiemiddag van de muziekbibliothecarissenvereniging NVMB die ik gisteren bijwoonde stond in het teken van ‘samen’. In het Conservatorium van Amsterdam kwamen vele vormen van samenwerking naar voren in de lezingen van Ella Hueting (‘De musicus van de 21e eeuw’), Bert Aalders (Nationale Muziek Catalogus) en het duo Rob Coers en Jeroen de Boer (deskundigheidbevordering via www.muziekdingen.nl)

‘Samen’ is ook van toepassing op het gisteren in de Volkskrant beschreven plan voor een nationale bladmuziekdienst. De muziekcollecties van de MCO-MB, het Nederlands Muziek Instituut, het Koninklijk Conservatorium en de Openbare Bibliotheek Den Haag komen bij elkaar in een Nationale Muziekbibliotheek die in 2018 in de hofstad de deuren zou moeten openen. De Haagse cultuurwethouder Marjolein de Jong ziet er een ideale mogelijkheid in om de residentie nog sterker als cultuur- en muziekstad te profileren. Josine Meurs, opstelster van het plan, schetst 10 voordelen, waarvan efficiency en kennisbundeling de belangrijkste zijn. Voor ons spreken daarnaast de redding van de collectie, de bredere toegankelijkheid ervan en de voortzetting en uitbreiding van http://www.muziekschatten.nl/ (de collectie gedigitaliseerde bladmuziek) natuurlijk erg aan.

Wanneer we samen met musici (orkesten, ensembles, koren), cultuurwetenschappers (musicologen), muzikanten-in-opleiding (muziekschoolleerlingen, conservatoriastudenten), repertoirezoekers (dirigenten, concertprogrammeurs), bibliothecarissen en alle andere muziekliefhebbers zorgen voor draagvlak ontstaat er straks iets waardevols in Den Haag. En worden de eerder geciteerde woorden van De Cler c.s. gelogenstraft.



Deze blogtekst verscheen eerder - met afbeeldingen en samenvatting van het plan - op de website BiblioFuture

woensdag 10 april 2013

Waterkansje wordt reële mogelijkheid

De Chu-competitie zit er voor mij nu op. Tijdens voorgaande negen rondes wist ik tweemaal de tafel te winnen, maar meestal speelde ik partijen waarin ik - door eigen onhandigheid – niet de buit scoorde die voor het grijpen lag. Gelukkig liet de concurrentie – Yvonne behoorde daar met haar eenzame klasse niet bij – eveneens regelmatig steekjes vallen zodat ik zelfs in mijn laatste partij nog kansen had om me bij de beste vier te scharen.
Nu het er echt om ging slaagde ik erin om te doen wat nodig was: winnen. Met Wil, Leny (beiden uitgespeeld) en tafelgenote Aty in de stand boven mij was dat het enige devies. Fons scoorde weliswaar minder punten, maar hij loopt dan ook twee partijen achter op mij.
Na vier van de uiteindelijke vijftien spelletjes bleek al dat het een razendspannende aangelegenheid zou worden. Jan, Aty, Fons en ik verdeelden de mahjongs eerlijk. Een spelletje later was het verschil tussen Fons (1e, 26 p.) en mij (4e, -12p) slechts 38 punten.
Toen plaatste Aty een tussensprint met twee self-picks, waar ik er een tegenover kon zetten. Vervolgens gooide ze tweemaal de winnende steen weg en maakte Fons een zelfgetrokken mahjong, zodat alles weer in elkaar schoof.
Wijzer geworden na eerdere ervaringen koesterde ik mijn kleine voorsprong door het risico zo veel mogelijk uit mijn spel te bannen. De laatste twee spellen eindigden in zenuwslopende remises waardoor ik mijn puntenaantal naar 21 tilde. Marjolijn en Fons zijn de enigen die dat aantal nog kunnen bijeenspelen door minimaal 5 punten te scoren in twee rondes. Zij ontmoeten elkaar in de laatste inhaalronde, waarbij slechts een van hen de vier punten kan halen. Fons treft bovendien volgende week de koplopers Yvonne en Jeroen…
Uit het waterkansje van de afgelopen weken groeide dus een hoopvolle situatie.

In de Li-groep staan Dini en Heleen er zeer rooskleurig voor. Met nog twee speelronden voor de boeg hebben ze 7 resp. 6 punten voorsprong op de eerste kandidaat voor de play-off, José. Mieke en Bernadet hebben van haar iets meer gevaar te duchten, maar ook hun marge is vrij ruim (4 punten).


Deze tekst verscheen eerder op de weblog van mahjongvereniging Bamboe Acht.

woensdag 3 april 2013

Hu! doet ze het?

‘Ah nee, Yvonne!’ (of iets gelijkaardigs ;)) schalde gisteren door de speelzaal van de Princehof. Het was een kreet van frustratie uit mijn mond, die bij de andere tafels tot leedvermaak en herkenning leidde. Het betrof de situatie aan een van de twee ‘Chu-tafels’ waar twee van de zes inhaalpartijen werden gespeeld die meetellen in de strijd om de resterende plekjes in de play-off.
De aangesproken Yvonne is de sterspeler van de club en de enige die – met een straatlengte voorsprong – al zeker is van die finaleronde. Dat is niet vreemd en volkomen verdiend gezien het gemak waarmee ze doorgaans haar tafelgenoten verslaat.
Gisteravond waren Bertie, Kas en ik dus aan de beurt. Waar wij, noest werkend en combinaties schrapend, worstelden om mahjong te maken, reeg Yvonne die magische ervaringen schijnbaar achteloos aaneen. In 15 spelletjes lukte haar dat vijfmaal op eigen kracht (self-picks) en driemaal waren wij de leverancier. Tel daar een remise bij op en je weet hoeveel er voor haar slachtoffers resteerden.
Onverwacht blijken de twee tafelpunten die ik ondanks alles uit het vuur sleepte, mijn hoop op de play-off toch nog levend te houden. Annet slaagde er - met winst aan de andere tafel - in haar om een waardig eindresultaat te bereiken na een valse competitiestart. Mijn concurrenten Leny en Wil bleven daardoor op ‘schootsafstand’. Wanneer ik mijn laatste partij tegen Aty en Fons (en Jan) – ook serieuze concurrenten – zou weten te winnen dan speel ik op 21 mei misschien toch nog om de knikkers.


Deze tekst verscheen eerder op de weblog van mahjongvereniging Bamboe Acht.